De Reizigersgemeenschap in Nederland verdiend een beter imago, las u in de titel. En u denkt nu: “De wàt?”. De Reizigersgemeenschap, zijn de mensen die wij geheel onterecht aanduiden als kampers. Bestaande uit Zigeuners, Roma, Sinti en andere, van oudsher, Reizigersfamilies. Tot zo’n 40 jaar geleden, reisde de meesten van hen ook nog echt. Want ik kan me de scharensliep (Scharen- en messenslijpers) nog herinneren want die kwamen halverwege de jaren 70 vorige eeuw, nog gewoon bij ons door de wijk. Autohandel, venten en kermisattracties exploitatie is nu de hoofdmoot van activiteiten die ze ondernemen. Oja, en oud ijzerhandel en autosloop niet vergeten. En allemaal met een KvK- en BTW nummer.
En ik kan u vanuit hier bij mij thuis, horen denken:
“Steef, woonde jij niet ooit in Oss? Want je vergeet drugs- en wapenhandel. Wiet kweken, en natuurlijk stelen en oplichten.”.
Maar dan moet ik u toch even terugfluiten. Want zoals in onze bevolkingsgroep, FC Roomwit noem ik mijn witte autochtone bevolkingsgroep, rotte appels voorkomen, zo heb je die ook binnen de reizigers. Maar ik kwam vroeger als kind met mijn moeder al op het grote reizigerskamp Vlijmen hier bij Den Bosch, waar ik al de warmte en geborgenheid mocht ervaren van het bij elkaar wonen met je familie. Waar oma nooit naar een tehuis gaat, maar in de boezem van de familie verzorgt wordt tot het einde. En ook ervaarde ik er dat zij hun kinderen strenger aanpakte en strafte voor willekeurig welk vergrijp. Toen ik nog in Mill woonde ging dat hetzelfde. Een jong mannetje klom op een middag bovenop de bestelwagen van een vriend van mij, die bij mij op bezoek was. Ik loop naar buiten, spreek hem aan en met een enorme bek maakt ie mij uit voor alles wat lelijk is, en roept van het kamp te komen en zijn vader erbij te halen als ik hem niet met rust zou laten. Ik zet een flinke glimlach op en vraag: “Ow, bende gij van het kamp? Dan laat maar, komt goed. Wonen jullie links of rechts?”. Hij antwoordde rechts en dan de laatste wagen aan de linkerkant. Ik steek mijn duim op en loop op mijn gemak richting kamp. Maar net voordat ik er ben, komt ie mij achterop gelopen en op het moment dat ik zijn vader aanspreek omdat ie buiten bezig is, komt junior al schreeuwend dichterbij. Te laat helaas. “Ik hoeft u niet te vragen of dat uw zoontje is, want hij heeft mij zelf vertelt waar ik moest zijn.”. Ik lach maar pa nog niet. “Wat is er aan hand?”.
Niet veel, maar genoeg om even met u te komen praten.
Bezorgd, tikkeltje in de verdediging, dat is hoe zijn vader mij aankijkt en toespreekt. “Niet zo heel veel, maar genoeg om het ff met u te bespreken. Want we zitten net aan de koffie als ik naar buiten kijk en hem bovenop het dak vd bestelwagen van mijn maat zie zitten. Ik loop naar buiten, spreek ‘m aan en met een bek zo hard dat je hem hier bijna kon horen, moest ik opflikkeren want hij kwam van het kamp en anders ging ie zijn vader ff halen. Waar ie zich alleen vergist heeft is dat ik er weet van heb, dat gij een doodnormale vent bent, die zijn kinderen zo niet heeft opgevoed.”. Die vader kijkt mij spottend aan en vraagt naar hoe ik dat denk te weten. Ik leg hem uit veel op het vlijmens kamp te zijn geweest vroeger. En zeker weet dat jullie strenger opvoeden als mijn ouders. Ondertussen had Pa zijn zoon naar binnen gejagen maar nu mocht ie teruggekomen. Toen ie niet op eerste bevel verscheen, was een krachtig uitgesproken “nu” van vader genoeg om hem half jankend naar buiten te laten komen. Op vaders vraag of het klopte wat ik beweerde wilde ie beginnen aan een ontkenning. Ik pak mijn telefoon en roep het mannetje bij me, laat hem de foto zien met hem bovenop het dak van de bestelbus. Zijn vader nog niet en zeg hem dat ik denk dat hij beter sorry tegen papa kan zeggen en dat hij het nooit meer zal doen. En mij een handje geven en sorry zeggen, en dan zal ik papa vragen jou niet te zwaar te straffen. Hij twijfelt maar kiest eieren voor zijn geld. Papa krijgt excuses en hij wil mij een handje geven. Die houd ik heel even vast. “Weet je waar ik het meest boos over ben?”. Hij heeft geen idee. “Niet dat jij boven op het dak zat. Want dat doe je gewoon niet. Maar mannen van jou leeftijd die moeten nog veel leren, dus wat mij betreft is dat snel vergeven. Nee, wat mij het meest dwars is dat jij zo’n enorme grote mond opzet, erbij verteld dat je van het kamp komt en mij dreigt je vader te gaan halen. Heel de straat heeft gehoord dat jij van het kamp komt. En alle burgers in mijn straat zullen denken dat jullie niet deugen. En zo doe je dat niet. Want zo’n bek geef je papa ook niet. En ik spreek met jou af dat je dat nooit meer doet , dan zal ik aan papa vragen jou niet te streng te straffen. Want papa kan streng zijn. Maar als jij mij beloofd dat nooit meer te doen, heb je je best gedaan om het met mij goed te maken en is het vergeten en vergeven. Maar dan hand erop en dan hebben we een deal.”. Hij geeft mij opnieuw een hand, en wordt door pa naar binnen gejagen. Dan laat ik pa mijn telefoon zien waarop de jongen staat. Geef hem een hand en bedank hem dat we het zo hebben kunnen oplossen. En vertel wel dat als er lakschade is, dat wel gerepareerd moet worden. Ik heb het bewust niet over betalen want van auto’s hebben ze daar meer verstand als ik. Vaders loopt mee met mij en zoonlief ook om excuses te maken aan mijn maat. Ik geloof wel dat ie alsnog een corrigerende tik of 2 heeft gehad. Maar tot de dag dat Ik verhuisde, begroet ie mij uitbundig als ik hem tegenkom. En ook met zijn vader is en blijft de sfeer goed. En de gehele voorkant en dak worden vakkundig opnieuw gespoten op kosten van Pa.
Geloof mij, het zijn net gewone mensen.
Reizigers, bij de burgerbevolking van dit land ook wel bekend als woonwagenbewoners of kampers, zijn een trots, gastvrij en eigenzinnig volk.
Maar waar ze er in het verleden complete”vrijstaten” op na hielden, in de vorm van grote reizigerskampen waar de politie niet meer kwam. En eigenlijk geen een instantie, is daar wel flink op ingegrepen. Op Videoland vindt u de serie Bij ons op het kamp. Ga die vooral maar eens kijken. Wellicht komt u dan samen met het Europees Hof tot de conclusie dat deze cultuur van deze bevolkingsgroep wel degelijk een verrijking is voor ons land. En dan kunt u meepraten hoe uw gemeente het aantal staanplaatsen gaat vergroten ipv proberen het kamp te laten doodbloeden.
En heeft u enig idee waarom kampers als naam beledigend is voor deze groep? De tweede wereldoorlog. Toen heeft Adolfje geprobeerd alle zigeuners, Roma en Sinti uit te roeien. En dat was hem bijna gelukt. En met zulke hechte familiebanden, voelen zij die pijn nu nog.
En het is een trots, gastvrij en eigenzinnig volk. Die wij van FC Roomwit, net zo institutioneel discrimineren als onze allochtone medelanders. Consequent zijn we wel. Ons kapot schamen moeten we ons ook.
Die gastvrijheid genoot ik volop als ik met mijn moeder meeging. Want ik was maar een mager manneke toen ik klein was. Dus wekelijks kneep oma kamp, tja wist ik veel, mijn wangen er haast af, en verliet ik samen met mijn moeder uren later volgegeten het kamp weer.
Uit voornoemde serie leerde ik dat er elke maaltijd genoeg werd gemaakt om ook eventuele gasten te voorzien van een hapje eten. Ook daar kunnen wij van FC Roomwit nog wat van leren. Want zoals wij steeds meer individualiseren, is echt belachelijk te noemen.
Dus Nederland, het mag een tikkie minder arrogant richting onze minderheden. En dus ook tegen de reizigers mag het weleens wat netter.
Want zoals wij en de Vaak Veroordeelde Democraten in de regering, menen te mogen omgaan met minderheden. Want doen we je geen toeslagenaffaire aan, dan discrimineren we je wel als je komt solliciteren. Ook daar leerde ik over tijdens het kijken van de Videoland serie: Een van de bewoners heeft een eigen bedrijf en wilde niet herkenbaar in beeld omdat ie al eens een klant was kwijtgeraakt toen die erachter kwam waar hij precies woonde. Te zot voor woorden.
Althans, dat vind ik.