Kopie tekst van mijn brief aan de Nederlandse Bank inzake het VN verdrag rechten van de mens met een handicap en het beleid van banken aangaande onder beschermingsbewind gestelden

Hieronder treft u de tekst van mijn brief aan de Nederlandse Bank inzake het VN verdrag rechten van de mens met een handicap, en de problemen waar mensen onder beschermingsbewind, vier jaar na het ingaan van het verdrag, nog altijd tegenaan lopen. De brief is er gekomen omdat mij steeds verwijzen naar de Nederlandse vereniging van banken, en de vereniging op geen van mijn verzoeken om een gesprek is ingegaan. Ik botweg geen antwoord gekregen. Een probleem waar je als gehandicapte in de gehele maatschappij tegenaan kan lopen. Het boeit u niet, u wil het niet of u weet niet hoe om te gaan met mensen met een handicap of chronisch lijden.

De tekst:

Geachte mevrouw/mijnheer,
Als VN ambassadeur rechten van de mens met een handicap heb ik de Nederlandse vereniging van Banken en een enkele individuele bank in Nederland benaderd, om in gesprek te komen over het gevoerde beleid ten aanzien van beschermingsbewind.
Want bij niet een bank in Nederland is het gevoerde beleid hoe om te gaan met de onder bewind gestelde persoon, in lijn met het gestelde in het voornoemde VN verdrag.
En op mijn verzoeken om in gesprek te gaan is het afgelopen jaar helemaal niet gereageerd. Mensen die beschermingsbewind genieten, worden door de banken chronisch terugverwezen naar hun bewindvoerder, en dat kan echt niet meer, nu het verdrag al vier jaar in Nederland van kracht is, na rectificatie door de regering en de staten generaal.
Want wat is het probleem?
Een onder bewindgesteld persoon mag weliswaar geen financiële verplichtingen aangaan, maar elk verzoek om informatie, het aanvragen van een nieuwe pas voor de leefgeldrekening bij verlies of diefstal en de daardoor noodzakelijke geldopnames van de leefgeld rekening ter overbrugging van de tijd dat een nieuwe pas wordt aangemaakt, dienen zonder enige hinder door de onder bewindgestelde zelf afgewerkt kunnen worden, en door de banken voortvarend worden verwerkt, net als bij een gewone klant.
Want dat is wat het verdrag zegt. En ik kan u uit eigen ervaring melden dat dat absoluut niet in orde is.
Ook de algehele bejegening door personeel van de banken is, door verkeerde instructies in combinatie met verkeerde beeldvorming, onder de maat te noemen.
Dat blijkt mij uit verhalen die ik de afgelopen jaren als maatschappelijk hulpverlener voor mensen in een kwetsbare positie, heb moeten aanhoren.
En u bent nu aan zet om mij, en alle andere mensen in beschermingsbewind, de hulp te bieden die wij op basis van het verdrag mogen verwachten, om deze problemen te tackelen. 
Want, zoals u hierboven gelezen heeft, ik heb mijn best gedaan om het via de geëigende kanalen en instellingen geregeld te krijgen, of in ieder geval in gesprek te komen, zonder dat dat enig resultaat heeft gegeven.
Wat zie ik als oplossing?
Dat we samen kijken of we alsnog ingang kunnen forceren bij de Nederlandse vereniging van banken om het zo voor alle banken in een keer goed te kunnen regelen. En dat u mij helpt zodat ik in gesprek met de vereniging, een opzet kan aanleveren waarin de noodzakelijke beleidswijzigingen staan opgeschreven, zodat ik de vereniging alleen nog maar hoeft voor te lichten over hoe zij hun personeel omturnen van dwarsligger naar dienstbare medewerkers zoals ze dat ook zijn voor andere klanten.
Maar mocht u een ander/beter voorstel hebben, dan hoor ik dat heel graag..
Ik heb dus best grote verwachtingen van uw instituut. Maar dat komt ook omdat de geconsulteerde mensenrechtenadvocaat mij zei dat ik die ook mag hebben, gezien bovenstaande feiten en omstandigheden.
Ik hoor dan ook graag van u en zie uw reactie met buitengewone belangstelling tegemoet.

Met vriendelijke groet,

Stefan Vlaminckx

Nieuwe Start Ervaringswerk, waar ervaring telt…